Datum: 02-10-2023 - 19:59
08
jun
'23
Lijst de Moor stelt vragen aan college over: fijnstof en gevoelige bestemmingen (o.a. scholen)
Geschreven door Lijst de Moor / College van B&W
Foto's Redactie BON

College beantwoordt vragen Lijst de Moor over: fijnstof en gevoelige bestemmingen (o.a. scholen)

Schriftelijke vragen Lijst De Moor: Jaarlijks overlijden in Nederland twaalfduizend mensen vroegtijdig aan verontreinigde lucht. Stoffen in uitlaatgassen, zoals fijnstof en stikstofoxiden, veroorzaken ontstekingen in de longen, ogen, keel en neus. Het inademen van deze deeltjes kan leiden tot benauwdheid, hoesten of een astma-aanval. Ultrafijnstof komt via de longen zelfs in de bloedbaan terecht en bereikt zo alle andere organen. Recent besteedde...

het Leidsch Dagblad daarbij aandacht aan de dit voorjaar herziene richtlijn van de GGD inzake mogelijke gezondheidsschade, die opgelopen zou kunnen worden door leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs, waarvan de schoollocatie zich bevindt in de nabijheid van een drukke weg. 

In de gemeente Noordwijk zouden een tweetal scholen zich bevinden in de “gevaren”-zone. Het zou gaan om de “De Witte School” op een afstand van 14 meter van de Van Panhuysstraat en de Regenboog op een afstand van 27 meter van de N206. Daarbij is aan te tekenen, dat de richtlijn overigens niet bedoeld is om bestaande situaties te saneren, maar vooral als handvat bij de planning en beoordeling van nieuwbouwsituaties.

Om risico’s op extra gezondheidsschade te voorkomen adviseren GGD’s in de richtlijn om scholen op forse afstand van drukke wegen te bouwen: minstens 150 meter van een snelweg te situeren, bij drukke wegen buiten de bebouwde kom tenminste 50 meter en bij drukke wegen binnen de bebouwde kom 25 meter.

De richtlijn Gevoelige Bestemmingen geldt ook voor kinderopvanglocaties, verzorgingshuizen en buitensportlocaties. Maar ook woningen worden aangemerkt als gevoelige bestemming, omdat mensen daar veel tijd doorbrengen en de gezondheidsschade van luchtvervuiling het grootst is.

Mensen die tot de hoog gevoelige groepen behoren zijn in ieder geval ouderen (boven de 65 jaar), kinderen (onder de 18 jaar), mensen met bestaande luchtwegaandoeningen, hart- en vaataandoeningen en/of diabetes en zwangere vrouwen.

Staatssecretaris Vivianne Heijnen (milieu) gaat de GGD-richtlijn gevoelige bestemmingen nog eens onder de aandacht brengen van de gemeenten en schoolbesturen, zegt zij naar aanleiding van het onderzoek, zoals gepubliceerd in het Leidsch Dagblad van 6 mei jongstleden. Want bij navraag blijkt dat veel schoolbesturen de richtlijn niet kennen. Heijnen benadrukt dat die is bedoeld voor nieuwe situaties en niet voor bestaande.

Schriftelijke vragen Lijst De Moor zijn onlangs beantwoord door het college van B&W:

Vraag 1.
Bent u bekend met de herziene GGD-richtlijn medische milieukunde: Luchtkwaliteit en gezondheid?

Antwoord:
Jazeker

Vraag 2.
Bent u bereid de richtlijn te gaan hanteren als toetsingscriterium in planvorming bij de realisatie van gevoelige bestemmingen?

Antwoord:
We hanteren de richtlijnen niet zozeer als een toetscriterium, maar meer als een ontwerpopgave. Bij alle planvorming dus ook die van gevoelige bestemmingen nemen we tal van aspecten mee die we in samenhang afwegen. U kunt daarbij denken aan gezondheidsaspecten zoals luchtkwaliteit en geluid, maar ook voldoende water en groen en ruimte voor infrastructuur. Ieder aspect levert een aantal ruimtelijke ontwerpprincipes op.

Afhankelijk van de specifieke locatie kan dit een andere set van uitgangspunten zijn. Soms kunnen er een aantal gecombineerd worden, maar soms vragen die allemaal apart ruimte. En onze ruimte is schaars. Gezondheidsaspecten zoals lucht en geluid leiden vaak tot eenzelfde ontwerpopgave; enige afstand t.o.v. een drukke weg.

Door de tussenliggende ruimte groen in te richten, kan een deel van het fijnstof worden 'opgevangen' en de klankkleur van het geluid worden beïnvloed. De groenopgave kan vaak deels gecombineerd worden met de gezondheidsopgaven.

Wanneer de benodigde ruimte er echter niet is, kan gedacht worden aan maatregelen op gebouwniveau. Bijvoorbeeld door slaapkamers aan de verkeersluwe zijde van een gebouw te realiseren, de aula van een school aan de wegzijde te realiseren of door een ventilatierooster in de niet naar de weg gekeerde gevel te plaatsen.

Vraag 3.
Zo ja, in welke fase van het planproces?

Antwoord:
Zo vroeg mogelijk. Daarbij kan het zijn dat de gemeente zelf de initiatiefnemer is (bijv. bij scholen of sportvelden), maar vaker is het een ontwikkelaar die de eerste planvorming voor zijn rekening neemt en zal aan de hand van opeenvolgende uitwerkingen naar al deze ruimtelijk relevante aspecten worden gekeken. o.a. de ODWH en soms ook de GGD geeft adviezen t.a.v. de gezondheidsaspecten.

Vraag 4.
Kunt u daarbij onderscheid maken tussen het ontwikkelen van een ruimtelijke visie, een goede ruimtelijke onderbouwing en het uitwerken van deelplannen tot en met vergunningverlening bij de realisatie van onze nieuwe woonwijken?

Antwoord:
Bij een visie beschrijven we wat voor soort gemeente we willen zijn, wat we belangrijk vinden en waarom Bij de uitwerking in deelplannen of vergunningen onderbouwen we hoe we de doelstellingen in de visie zo goed mogelijk proberen te bereiken.

Vraag 5.
Zo neen, waarom niet?

Antwoord:
N.V.T.

Vraag 6.
Kunt u op voorhand al aangeven of voldaan zou kunnen worden aan de richtlijn bij de realisatie van de herontwikkeling van de locatie Viaductweg te Noordwijkerhout in relatie tot de N206?

Antwoord:
De drukke autoweg N206 ligt om meer dan 100 meter van de beoogde nieuwbouw schoolvoorziening. Daarmee voldoet de schoollocatie aan de (nieuwe) richtlijn van de GGD. Bij het locatieonderzoek 2020 is er getoetst op criteria m.b.t. het bestemmingsplan / omgevingsvergunning.

Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Noordwijk