
PvdA stelt vragen aan college over: Noordwijk geeft € 8,7 miljoen meer uit aan o.a. loon- en inhuurkosten dan vergelijkbare gemeenten.
Fractie PvdA: In de najaarsnota 2022 van het college lazen we: “Drie jaar na de fusie is een goed moment om naar de formatie te kijken. Klopt de personeelsomvang en -opbouw nog steeds, ook in relatie tot vergelijkbare gemeenten? Berenschot heeft hier een benchmarkonderzoek naar gedaan. Conclusie uit deze benchmark is dat wij qua formatie iets boven...
het gemiddelde zitten in relatie tot vergelijkbare gemeenten. Deze uitkomst is verklaarbaar door het voorzieningenniveau van onze gemeente. De uitkomsten van de benchmark nemen we mee in de strategische personeelsontwikkeling.”
De benchmark van Berenschot brengt sinds 2002 de formatie van meer dan 330 gemeenten in kaart. De apparaatskosten staan centraal (loonkosten, inhuurkosten, materiële kosten, kosten van taken belegd bij derden).
Er wordt rekening gehouden met decentralisaties en samenwerkingsverbanden. Wij als PvdA-fractie hebben deze benchmark opgevraagd en zijn geschrokken van de uitkomsten:
• De apparaatskosten van de gemeente Noordwijk zijn 18% hoger dan gemiddeld; we geven maar liefst € 8,7 miljoen meer uit dan de gemiddelde vergelijkbare gemeente.
• De gemeente Noordwijk heeft 15% hogere kosten voor overhead (+ € 1,6 miljoen).
• De kosten voor het primaire proces zijn 19% hoger (+ € 7,2 miljoen), terwijl we 9% mínder formatie hebben dan de gemiddelde vergelijkbare gemeente.
Vragen fractie PvdA:
Vraag 1.
Wij hebben kennisgenomen van het benchmarkonderzoek uitgevoerd door Berenschot. Waarom heeft u de uitkomsten van het benchmarkonderzoek in het licht van de actieve informatieplicht niet toegestuurd naar de raad?
Vraag 2.
Hebben de uitkomsten van de benchmark u verrast?
Vraag 3.
In de najaarsnota heeft u de bijna 20% hogere kosten, maar liefst € 8.700.000, omschreven als ‘iets boven het gemiddelde zitten’. Wij vinden dat nogal een understatement. Wat zou u dan flink boven het gemiddelde noemen?
Vraag 4.
Hoe groot was de component ‘inhuur’ vergeleken met vergelijkbare gemeenten en bij welke taken (uitgesplitst naar overhead, primair proces en clusters) is de component inhuur het grootst?
Vraag 5.
U heeft in de najaarsnota benoemd dat de hogere kosten voortkomen uit ons voorzieningenniveau. Welke extra voorzieningen bieden we in vergelijking met de referentie-gemeenten aan onze inwoners?
Vraag 6.
Doelt u met ‘ons voorzieningenniveau’, dat u aanvoert als verklaring voor de hogere kosten ook op de interne voorzieningen, nu we met 15%, beduidend hogere kosten voor overhead hebben dan vergelijkbare gemeenten? En zo ja, welke bijzondere interne voorzieningen zijn dit dan?
Vraag 7.
Het meest in het oog springende cluster met hogere kosten is cluster 22: WABO (omgevingsrecht), waarvoor we 119% meer uitgeven dan gemiddeld. Dit is een absolute afwijking van € 2.218.036,-. Welk voordeel merken inwoners van het bedrag van € 2,2 miljoen?
Vraag 8.
Berenschot noemt het dubbel uitvoeren van taken door gemeente en ODWH als mogelijke verklaring voor de hoge kosten bij cluster WABO. Denkt u dat dit de verklaring is en zo ja, welke taken doen we dan dubbel en waarom?
Vraag 9.
Welk vervolgonderzoek heeft u gedaan en/of bent u nog voornemens te gaan doen n.a.v. de uitkomsten van de benchmark? Welke resultaten kunt u al melden?
Vraag 10.
Welke uitwerking zullen de uitkomsten concreet hebben voor de strategische personeelsontwikkeling? Zet u bijvoorbeeld in op een kleinere formatie en zo ja, bij welke clusters?
Na beantwoording van onze schriftelijke vragen zullen wij de agendacommissie verzoeken de resultaten van de benchmark en uw plan van aanpak hierbij te agenderen.
Rommie van Dokkum,
PvdA